Geschiedenis

Knipkunst verdient haar plaats in de kunstgeschiedenis. Toch is over de geschiedenis van de knipkunst nog veel onbekend. In het kwartaalblad Knip-Pers heeft het echtpaar Verhave hier al meer dan dertig jaar aandacht aan besteed. Die kennis kwam samen in een rijk geïllustreerde standaardwerk, Geknipt! (Zutphen, Walburg Pers, 2008). De documentatie van nieuwe vondsten van tot nog toe onbekend knipwerk blijft steeds doorgaan.

Personen die oude knipkust bezitten (bijvoorbeeld in de familie overgeleverd), beginnen steeds meer de charme van hun bezit te waarderen en vragen om informatie, advies of restauratie. En als zo nu en dan knipwerk op de markt komt, zien ook veilingmeesters en antiquairs de aantrekkelijkheid ervan en waarderen het navenant. Knipkunst kan daarmee zelfs een verzamelobject worden. Het is goed als dit erfgoed in Nederlands bezit blijft.

Twee Nederlandse musea met een grote collectie zijn het Westfries Museum (Hoorn) en het Nederlands Openluchtmuseum (Arnhem). Een museum dat volledig gewijd is aan papierknippen is het Museum van Papierknipkunst te Westerbork. Dit geldt ook voor het Scherenschnittmuseum vlak over de grens in Vreden (D). Verder bezit een aantal regionale musea één of enkele oude knipwerken.

De onzichtbaarheid van het bezit aan knipkunst voor het publiek (depots!) gaat hand in hand met het ontbreken van de bekendheid en deskundigheid onder kunsthistorici. Mede dankzij het enthousiasme vanuit de vereniging, durven steeds meer musea het aan een tentoonstelling van oude en nieuwe knipkunst in te richten (Museum Edam, 2013-2014; Museum Willet-Holthuysen Amsterdam, 2015; Museum Heerenveen, 2016; de jublieumtentoonstellingen in Museum Elburg, het Veenkoloniaal Museum en het Dordt Patriciërshuis, 2023). Tentoonstellingen die konden rekenen op een warme belangstelling en waardering van de bezoekers.

De vereniging heeft zelf geen verzameling, maar zij stimuleert particulieren en musea om oud en nieuw knipwerk als materieel erfgoed te verwerven, veilig te stellen en te documenteren. Dankzij een legaat van een van de leden kan de vereniging daarbij ook financieel bijdragen.

Wie meer wil weten over de geschiedenis van de Nederlandse papierknipkunst, bezoekt het beste de websites knipperslexicon en Juweeltjes van knipkunst met het manuscript dat Line Huizenga-Onnekes in de jaren vijftig van de vorige eeuw schreef over papierknipkunst. Beide websites zijn eigendom van de vereniging.

Ga naar een overzicht van musea met papierknipkunst in de collectie


Lees meer over


Stijlen vergelijken

Historisch onderzoek

Signaturen